Wat is vitamine B12 en bij welke processen hebben we het nodig?
Vitamine B12 (cobalamine) is een in water oplosbare vitamine die het lichaam niet zelf kan aanmaken. B12 is een essentiële co-factor bij methyleringsprocessen (omzettingsprocessen) in de cel, waarbij onder andere folaat wordt omgezet. Dat proces is van groot belang bij onder andere de aanmaak van DNA, de aanmaak van rode bloedlichaampjes en een goede werking van het zenuwstelsel. Kortom, bij alles wat samenhangt met het hele cel-metabolisme.
Een tekort aan B12 heeft daarom een groot effect op meerdere systemen, en daardoor kunnen de klinische consequenties ernstig zijn. Dat is ook de oorzaak van de grote diversiteit aan symptomen van een B12 tekort.
Eenvoudig gezegd: er zijn verschillende stoffen nodig om een motor te laten draaien. Zodra er één stof minder beschikbaar is, hapert de hele motor.
Hoe werkt het?
De absorptie en het transport van vitamine B12 door het lichaam, verloopt ingewikkelder dan bij andere vitaminen. Dat wordt mede bepaald door de moleculaire structuur van B12.
Hieronder ziet u hoe het absorptieproces werkt.
Waar zit het in?
Omdat het lichaam vitamine B12 niet zelf kan aanmaken, moeten we het innemen. Vitamine B12 zit alleen in dierlijke producten zoals vlees, vis, melk, boter, kaas en eieren. Daarom lopen mensen die weinig tot geen dierlijke producten binnenkrijgen een risico, zoals vegetariërs (matig risico) en veganisten (groot risico). Voor hen is het gebruik van B12 preparaten van groot belang. Maar ook daar kleven gevaren aan: Cyanocobalamine heeft een minder grote biologische beschikbaarheid in de cel dan hydroxocobalamine. Daardoor kan bij gebruik van Cyanocobalamine toch een tekort op celniveau kan ontstaan. Dat tekort is niet meetbaar: door het gebruik van Cyanocobalamine zullen de B12 waarden bij een bloedonderzoek op laagnormaal tot normaal liggen (Greibe, 2018).